Tag: Psalmen

  • 125. Ruimte

    Deze week hebben we een Psalm in de aanbieding. Een psalm die behoorlijk vaak gecoverd is (bijvoorbeeld door ene Jezus). Vaak worden stukjes van deze tekst tijdens pasen gebruikt, maar waar kom the nou vandaan? Luister nu de aflevering Ruimtevia #spotify, #googlepodcasts, #applepodcasts, www.gelukkigdemens.nl/125-ruimte of je eigen podcastapp. Psalm 118 Loof de HEER, want hij is goed, eeuwig duurt zijn trouw. Laat Israël zeggen: ‘Eeuwig duurt zijn trouw’ – het huis van Aäron zeggen: ‘Eeuwig duurt zijn trouw’ – wie de HEER vreest, zeggen: ‘Eeuwig duurt zijn trouw.’ In mijn nood heb ik geroepen: ‘HEER!’ En de HEER antwoordde, hij gaf mij ruimte. Met de HEER aan mijn zijde heb ik niets te vrezen, wat kunnen mensen mij doen? Met de HEER, mijn helper, aan mijn zijde, kijk ik op mijn haters neer. Beter te schuilen bij de HEER dan te vertrouwen op mensen. Beter te schuilen bij de HEER dan te vertrouwen op mannen met macht. Alle volken hadden mij ingesloten – ik weerstond ze met de naam van de HEER – ze sloten mij van alle kanten in – ik weerstond ze met de naam van de HEER – ze sloten mij in als een zwerm bijen maar doofden snel als een vuur van dorens – ik weerstond ze met de naam van de HEER. Jullie sloegen mij en ik viel, maar de HEER heeft geholpen. De HEER is mijn sterkte, mijn lied, hij gaf mij de overwinning. Hoor, gejubel om de overwinning in de tenten van de rechtvaardigen: de rechterhand van de HEER doet machtige daden, de rechterhand van de HEER verheft mij, de rechterhand van de HEER doet machtige daden. Ik zal niet sterven, maar leven en de daden van de HEER verhalen: de HEER heeft mij gestraft, maar mij niet prijsgegeven aan de dood. Open voor mij de poorten van de gerechtigheid, ik wil binnengaan om de HEER te loven. Dit is de poort die leidt naar de HEER, hier gaan de rechtvaardigen binnen. Ik wil u loven omdat u antwoordde en mij de overwinning gaf. De steen die de bouwers afkeurden is een hoeksteen geworden. Dit is het werk van de HEER, een wonder in onze ogen. Dit is de dag die de HEER heeft gemaakt, laten wij juichen en ons verheugen. HEER, geef ons de overwinning, HEER, geef ons voorspoed. Gezegend wie komt met de naam van de HEER. Wij zegenen u vanuit het huis van de HEER. De HEER is God, hij heeft ons licht gebracht. Vier feest en ga met groene twijgen tot aan de horens van het altaar. U bent mijn God, u zal ik loven, hoog zal ik u prijzen, mijn God. Loof de HEER, want hij is goed, eeuwig duurt zijn trouw.

  • 120. Echt kennen

    Deze week weer een meer traditionele aflevering. Een psalm. Een psalm geschreven door David. In deze psalm leren we weer een stukje David kennen. Is het een klaagzang? Is het Levensangst?  Het is in ieder geval een stukje van David. Luister nu de aflevering Echt kennen via #spotify, #googlepodcasts, #applepodcasts, www.gelukkigdemens.nl/120-echt-kennen of je eigen podcastapp. Psalm 6 Voor de koorleider. Bij snarenspel, op de wijs van De achtste. Een psalm van David. HEER, straf mij niet in uw woede, tuchtig mij niet in uw toorn. Heb erbarmen, HEER, want ik kwijn weg. Genees mij, HEER, ik ben doodsbang, ik vrees voor mijn leven. Hoe lang, HEER, moet ik nog wachten? Keer terug, HEER, spaar toch mijn leven, toon mij uw trouw en red mij. Want doden noemen uw naam niet meer! Wie in het dodenrijk kan u nog loven? Moe ben ik van zuchten, elke nacht is mijn kussen nat, mijn bed doorweekt van tranen. Mijn ogen zijn gezwollen van verdriet, roodomrand van alles wat mij benauwt. Weg van mij, allen die kwaad doen! De HEER hoort hoe luid ik ween, de HEER hoort mijn roep om erbarmen, de HEER neemt mijn smeekbede aan. Beschaamd en doodsbang keren mijn vijanden om, in een oogwenk met schande bedekt.

  • 105. Richtsnoer

    n weer terug!!! De podcastvakantie heeft iets langer geduurd dan normaal, maar we hebben nu een schitterende aflevering voor je klaar staan. Eentje over Psalm 119, dat bekend staat als het gebed zonder einde. 176 verzen... Een nieuwe serie? In deze aflevering in ieder geval de eerste acht verzen. Nog maar 168 verzen te gaan.

    Psalm 119

    Gelukkig wie de volmaakte weg gaan
    en leven naar de wet van de HEER,
    gelukkig wie zijn richtlijnen volgen,
    hem zoeken met heel hun hart.
    Zij bedrijven geen onrecht,
    maar gaan de wegen die hij wijst.

    Uw regels hebt u gegeven
    opdat wij ons eraan houden.
    Laat toch mijn wegen recht zijn,
    ik wil mij houden aan uw wetten.

    Ik zal nooit beschaamd staan
    als ik uw geboden in acht neem.
    Ik zal u loven met een oprecht hart

    als ik uw rechtvaardige voorschriften leer.
    Ik zal mij houden aan uw wetten –
    verlaat mij dan niet voorgoed.

  • 82. Geloven in de bijbel

    🎄Gelukkig kerstfeest!🎄   Deze week een podcast met een klein kerstrandje. Een kerststal in een donkere winternacht… Verder lopen door de nacht. De sneeuw die kraakt onder je voeten. De kou om je heen. Is dit geloven? Geloven in de Bijbel?   Psalm 131   `HEER, niet trots is mijn hart, niet hoogmoedig mijn blik, ik zoek niet wat te groot is voor mij en te hoog gegrepen.   Nee, ik ben stil geworden, ik heb mijn ziel tot rust gebracht. Als een kind op de arm van zijn moeder, als een kind is mijn ziel in mij.   Ik  hoop op de HEER, van nu tot in eeuwigheid.   #bijbel #overdenking #bezinning #kerststal #winter #sneeuw #zijn

  • 70. Zoete ochtendgloren

    Een vroege ochtendwandeling was de aanleiding voor deze podcast. De tekst van Psalm 19 kwam bij Wieteke op. Een tekst over de grootsheid van de schepping.

    Psalm 19

    De hemel verhaalt van Gods majesteit,
    het uitspansel roemt het werk van zijn handen,
    de dag zegt het voort aan de dag die komt,
    de nacht vertelt het door aan de volgende nacht.

    Toch wordt er niets gezegd, geen woord
    gehoord, het is een spraak zonder klank.
    Over heel de aarde gaat hun stem,
    tot aan het einde van de wereld hun taal.

    Daar heeft hij een tent opgeslagen voor de zon:
    een jonge bruidegom die het bruidsbed verlaat,
    een held die vrolijk voortrent op zijn weg.
    Aan het ene einde van de hemel komt hij op,
    aan het andere einde voltooit hij zijn loop,
    niets blijft voor zijn gloed verborgen.

    De wet van de HEER is volmaakt:
    levenskracht voor de mens.
    De richtlijn van de HEER is betrouwbaar:
    wijsheid voor de eenvoudige.

    De bevelen van de HEER zijn eenduidig:
    vreugde voor het hart.
    Het gebod van de HEER is helder:
    licht voor de ogen.

    Het ontzag voor de HEER is zuiver,
    houdt stand, voor altijd.
    De voorschriften van de HEER zijn waarachtig,
    rechtvaardig, geheel en al.

    Ze zijn begeerlijker dan goud,
    dan fijn goud in overvloed,
    en zoeter dan honing,
    dan honing vers uit de raat.

    Uw dienaar laat zich erdoor verlichten,
    wie ze opvolgt wordt rijk beloond.
    Maar wie kan al zijn fouten kennen?
    Spreek mij vrij van verborgen zonden.

    Bescherm mij, uw dienaar, en laat hoogmoed
    niet over mij heersen, dan zal ik volmaakt zijn
    en bevrijd van grote zonde.
    Laten de woorden van mijn mond u behagen,
    de overpeinzingen van mijn hart u bekoren,
    HEER, mijn rots, mijn bevrijder.

  • 67. Bidden

    En we zijn terug van vakantie. Alhoewel Wieteke is nog op vakantie. En in haar chalet heeft ze deze aflevering opgenomen. En ze kwam bij de vraag: hoe doe je dat eigenlijk als je dominee bent en op vakantie gaat. Stop je even met geloven? Stop je even met bidden? Zo makkelijk is dat nog niet. Misschien heeft Psalm 116 een oplossing.

    Deze aflevering heet Bidden. Luister nu via #spotify, www.gelukkigdemens.nl/67-bidden of je eigen podcastapp.

    Psalm 116:

    De HEER heb ik lief, hij hoort
    mijn stem, mijn smeken,
    hij luistert naar mij,
    ik roep hem aan, mijn leven lang.

    Banden van de dood omknelden mij,
    angsten van het dodenrijk grepen mij aan,
    ik voelde angst en pijn.
    Toen riep ik de naam van de HEER:
    ‘HEER, red toch mijn leven!’

    De HEER is genadig en rechtvaardig,
    onze God is een God van ontferming,
    de HEER beschermt de eenvoudigen,
    machteloos was ik en hij heeft mij bevrijd.

    Kom weer tot rust, mijn ziel,
    de HEER is je te hulp gekomen.
    Ja, u hebt mijn leven ontrukt aan de dood,
    mijn ogen gedroogd van tranen,
    mijn voeten voor struikelen behoed.

    Ik mag wandelen in het land van de levenden
    onder het oog van de HEER.
    Ik bleef vertrouwen, ook al zei ik:
    ‘Ik ben diep ongelukkig.’

    Al te snel dacht ik:
    Geen mens die zijn woord houdt.
    Hoe kan ik de HEER vergoeden
    wat hij voor mij heeft gedaan?

    Ik zal de beker van bevrijding heffen,
    de naam aanroepen van de HEER
    en mijn geloften aan de HEER inlossen
    in het bijzijn van heel zijn volk.

    Met pijn ziet de HEER
    de dood van zijn getrouwen.
    Ach, HEER, ik ben uw dienaar,
    uw dienaar ben ik, de zoon van uw dienares:
    u hebt mijn boeien verbroken.

    U wil ik een dankoffer brengen.
    Ik zal de naam aanroepen van de HEER
    en mijn geloften aan de HEER inlossen
    in het bijzijn van heel zijn volk,
    in de voorhoven van het huis van de HEER,
    binnen uw muren, Jeruzalem.

    Halleluja!

  • 63. Alsof God bestaat

    Deze week leest Wieteke Psalm 85

    U bent uw land genadig geweest, HEER,
    u keerde het lot van Jakob ten goede,
    nam de schuld van uw volk weg
    en bedekte al zijn zonden.
    U bedwong uw woede
    en wendde u af van uw brandende toorn.

    God, onze helper, keer tot ons terug,
    onderdruk uw afschuw van ons.
    Wilt u voor eeuwig uw toorn laten duren,
    verbolgen zijn van geslacht op geslacht?

    Breng ons weer tot leven,
    dan zullen wij ons in u verheugen
    Toon ons uw trouw, HEER,
    en geef ons uw hulp.

    Ik wil horen wat God ons zegt.
    De HEER spreekt woorden van vrede
    tegen zijn volk, zijn getrouwen.
    Laten zij niet weer vervallen in dwaasheid!

    Voor wie hem eren is zijn hulp nabij:
    zijn glorie komt wonen in ons land,
    trouw en waarheid omhelzen elkaar,
    recht en vrede begroeten elkaar met een kus,
    uit de aarde bloeit de waarheid op,
    het recht ziet uit de hemel toe.

    De HEER geeft al het goede:
    ons land zal vruchten geven.
    Het recht gaat voor God uit
    en baant voor hem de weg. 

  • 58. De hulpvraag

    Deze week leest Wieteke Psalm 141

    HEER, u roep ik aan, kom mij te hulp, luister naar mij nu ik tot u roep. Laat mijn gebed voor u zijn als reukwerk, mijn geheven handen als een avondoffer.

    Zet een wacht voor mijn mond, HEER, een post voor de deur van mijn lippen. Houd mijn hart ver van het kwaad, verleid het niet tot goddeloze daden met hen die onrecht bedrijven, laat mij niet eten van hun overvloed.

    Zou een rechtvaardige mij slaan, het was mij een weldaad, zou hij mij straffen, het was balsem op mijn hoofd. Zou ik lijden onder de kwaden, dan nog bleef ik bidden, en werden hun leiders van de rotsen geworpen, van mij hoorden ze woorden van deernis.

    Verspreid als de aarde, geploegd en omgewoeld, ligt ons gebeente bij de muil van het dodenrijk. Maar HEER, mijn God: naar u zijn mijn ogen gericht, bij u schuil ik, giet mijn leven niet weg als water.

    Behoed mij voor de strik die zij hebben gespannen, voor de valkuil van hen die onrecht doen. Laat de goddelozen in hun eigen netten raken en mij alleen ontkomen.

  • 54. Doorgrond mij

    Deze week leest Wieteke Pslam 139.

    Voor de koorleider. Van David, een psalm.
    HEER, u kent mij, u doorgrondt mij,
    u weet het als ik zit of sta,
    u doorziet van verre mijn gedachten.
    Ga ik op weg of rust ik uit, u merkt het op,
    met al mijn wegen bent u vertrouwd.

    Geen woord ligt op mijn tong,
    of u, HEER, kent het ten volle.
    U omsluit mij, van achter en van voren,
    u legt uw hand op mij.
    Wonderlijk zoals u mij kent,
    het gaat mijn begrip te boven.

    Hoe zou ik aan uw aandacht ontsnappen,
    hoe aan uw blikken ontkomen?
    Klom ik op naar de hemel – u tref ik daar aan,
    lag ik neer in het dodenrijk – u bent daar.

    Al verhief ik mij op de vleugels van de dageraad,
    al ging ik wonen voorbij de verste zee,
    ook daar zou uw hand mij leiden,
    zou uw rechterhand mij vasthouden.

    Al zei ik: ‘Laat het duister mij opslokken,
    het licht om mij heen veranderen in nacht,’
    ook dan zou het duister voor u niet donker zijn –
    de nacht zou oplichten als de dag,
    het duister helder zijn als het licht.

    U was het die mijn nieren vormde,
    die mij weefde in de buik van mijn moeder.
    Ik loof u voor het ontzaglijke wonder van mijn bestaan,
    wonderbaarlijk is wat u gemaakt hebt.
    Ik weet het, tot in het diepst van mijn ziel.

    Toen ik in het verborgene gemaakt werd,
    kunstig geweven in de schoot van de aarde,
    was mijn wezen voor u geen geheim.
    Uw ogen zagen mijn vormeloos begin,
    alles werd in uw boekrol opgetekend,
    aan de dagen van mijn bestaan ontbrak er niet één.

    Hoe rijk zijn uw gedachten, God,
    hoe eindeloos in aantal,
    ontelbaar veel, meer dan er zandkorrels zijn.
    Ontwaak ik, dan nog ben ik bij u.|

    God, breng de zondaars om,
    – weg uit mijn ogen, jullie die bloed vergieten –
    ze spreken kwaadaardig over u,
    uw vijanden misbruiken uw naam.

    Zou ik niet haten wie u haten, HEER,
    niet verachten wie tegen u opstaan?
    Ik haat hen, zo fel als ik haten kan,
    ze zijn mijn vijand geworden.

    Doorgrond mij, God, en ken mijn hart,
    peil mij, weet wat mij kwelt,
    zie of ik geen verkeerde weg ga,
    en leid mij over de weg die eeuwig is.

  • 46. Met sneeuw bedekt

    Deze week leest Wieteke Psalm 32

    Gelukkig de mens van wie de ontrouw wordt vergeven,
    van wie de zonden worden bedekt.
    Gelukkig als de HEER zijn schuld niet telt,
    als in zijn geest geen spoor van bedrog is.

    Zolang ik zweeg, teerden mijn botten weg,
    kreunend leed ik, de hele dag.
    Zwaar drukte uw hand op mij, dag en nacht,|
    mijn kracht smolt weg als in de zomerhitte.   

    Toen beleed ik u mijn zonde,
    ik dekte mijn schuld niet toe,
    ik zei: ‘Ik beken de HEER mijn ontrouw’ –
    en u vergaf mij mijn zonde, mijn schuld. sela

    Laten uw getrouwen dus tot u bidden
    als zij in zichzelf een zonde vinden.
    Stormt dan een vloed van water aan,
    die zal hen niet bereiken.

    Bij u ben ik veilig, u behoedt mij in de nood
    en omringt mij met gejuich van bevrijding. S  ela

    ‘Ik geef inzicht en wijs de weg die je moet gaan.
    Ik geef raad, op jou rust mijn oog.
    Wees niet redeloos als paarden of ezels
    die met bit en toom worden bedwongen,
    dan zal geen kwaad je treffen.’

Volg ons nu op:

Ontvang een e-mail bij nieuwe afleveringen

We gebruiken het programma Mailchimp om je op de hoogte te houden van nieuwe afleveringen. Door op de knop 'Abonneren' te drukken ga je akkoord dat Mailchimp jouw gegevens verwerkt. Je kunt je op elk moment uitschrijven voor deze e-mails.